Thomas Quasthoff werd geboren met ernstige misvormingen als gevolg van het gebruik van thalidomide door zijn moeder, een medicijn dat in de jaren vijftig en zestig werd gebruikt als kalmeringsmiddel en middel tegen misselijkheid, vooral bij zwangere vrouwen. Zijn vader onderkende al vroeg het muzikale talent van zijn zoon en moest veel weerstand overwinnen om hem een muzikale opleiding te laten volgen. In 1984 maakte Quasthoff zijn debuut op het toneel, aangemoedigd door Manfred Ehrhorn, muzikaal directeur van het Studiochor in Brunswijk. Hij begon zijn carrière als bas in Louis Spohr's Die letzten Dinge in de St. Johanniskerk in Braunschweig, begeleid door het Studiochor Braunschweig en het Brunswijks Stedelijk Orkest. In 1996 werd Thomas Quasthoff benoemd tot professor zang aan het conservatorium van Detmold. In datzelfde jaar won hij de Sjostakovitsj-prijs in Moskou en de Hamada Trust-prijs in Edinburgh. Twee jaar later maakte hij zijn debuut in Carnegie Hall in New York in Gustav Mahlers Des Knaben Wunderhorn. Sindsdien heeft hij in bijna alle concertzalen ter wereld opgetreden.

Vertaald met www.DeepL.com/Translator